DSC Zomervarianten Ontdekkingstoernooi 2007
Eerste avond 9 juli
De eerste avond bracht Ted Barendse een leuk verhaal over de Panov-variant van het Caro-Kann. De variant gaat als volgt:
1.e4 c6 2.d4 d5 3.exd5 cxd5 4.c4 f6 5.
c3
c6 6.
f3
g4 7.cxd5
xd5 8.
b3
xf3 9.gxf3
In deze stelling liet Ted de spelers de keuze: voortzetten met het rustige 9...






In de partijen bleken de meeste spelers de witte stelling het prettigste te vinden, zoals bleek uit de uitslagen.
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Gert Legemaat | - | Jan-Peter van Zandwijk | 1-1 | wit wint 2x |
2 | Hora Vlam | - | Pieter Buzing | 1-1 | wit wint 2x |
3 | Arno Wiersma | - | Rob Smits | 1½-½ | wit wint |
4 | Simon Broos | - | René Torenstra | 1-1 | 2x remise |
5 | Gerard Bilars | - | Adriaan ter Mors | 1-1 | zwart wint 2x |
6 | Kees Venema | - | Bas Rabeling | 1-1 | wit wint 2x |
7 | René Poots | - | Stefan van Brockhoven | 2-0 | |
8 | Dolf Mulder | - | Frans Smit | 1-1 | zwart wint 2x |
9 | Jan Torenstra | - | Bram van der Leije | 2-0 |
Tweede avond 16 juli
Ondanks het zeer regenachtige weer was er toch weer een behoorlijke groep schakers naar het denksportcentrum gekomen. Zij zagen dat Jan-Peter van Zandwijk deze avond in ging leiden. Jan-Peter bracht een bijzonder ingewikkelde, maar tevens erg leuke stelling op het bord uit de Dracula-Frankenstein-variant uit de Weense opening:
1. e4 e5 2.




Een schijnoffer. Na 4.

4.


De enige zet die de zwart stelling bij elkaar houdt.
5.

Na 5.


5...

Zwart gaat de extra pion nu gewoon verdedigen en wit mag bewijzen dat hij er compensatie voor heeft.
6.

Een vervelende zet. Zwart mag uiteraard niet slaan vanwege een matje op f7. Maar wit dreigt ook 7.

6...g6
Het enige antwoord.
7.



Zwart moet nu wel de dame bij de verdediging betrekken, maar heeft door g6 en f5 wel ruimte en invloed in het centrum gewonnen
9.



Dit was de stelling waarin Jan-Peter de deelnemers achterliet. Uiteraard niet zonder eerst nog de nodige ideeën voor de beide partijen te hebben behandeld.
In de uitgangsstelling heeft wit een toren meer, maar het paard op a8 lijkt ten dode opgeschreven. Na

Zwart daarentegen heeft geen belang bij het ruilen van de stukken. Zwart heeft een oogje op de witte dame(na


Het leverde een aantal bijzonder leuke partijen op. In sommige partijen ging een van beide partijen hard onderuit door een pijnlijk aanvalsplan van de tegenstander. Maar in een behoorlijk aantal partijen bleef de partij lange tijd in evenwicht en werd het pas in het verre middenspel of eindspel beslist.
Volgends de kenners zou de zwarte stelling kansrijker moeten zijn. Uit de uitslagen bleek dat niet; beide kleuren scoorden even goed. Opvallen was wel het aantal duels dat met 2-0 werd beslist.
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Richard Oranje | - | Jan-Peter van Zandwijk | 1½-½ | zwart wint |
2 | Ted Barendse | - | Gert Legemaat | 1-1 | zwart wint 2x |
3 | Pieter Buzing | - | Arno Wiersma | 1½-½ | wit wint |
4 | Rob Smits | - | Edgar Huisman | 2-0 | |
5 | Simon Broos | - | André van der Weide | 2-0 | |
6 | Kees Venema | - | René Poots | 2-0 | |
7 | Lito van Reede | - | Herman Zonderland | 1-1 | wit wint 2x |
8 | Jan Torenstra | - | Bert Zwemstra | 0-2 | |
9 | Bram van der Leije | - | Leo Zuijdgeest | 0-2 |
derde avond 23 juli
Onder de inspirende leiding van Kees van der Meer kwam op de derde avond van het toernooi de Noteboomvariant van het slavisch op het demonstratiebord. Kees had de avond een thema meegegeven: kijk in scherpe stellingen drie maal naar de stelling voor je zet, en minstens tweemaal! Dat was in de variant ook wel nodig, want scherp was de stelling zeker!
1. d4 d5 2. c4 c6
We zitten nu in een Slavische opening
3.






Wit wil uiteraard wel de pion terugwinnen, en dat met deze zet.
10...

Zwart wil graag 10...b4 spelen, maar dat gaat niet vanwege 11.

11. d5!
Een slimme tussenzet. De pion is op d5 weliswaar niet voldoende verdigd, maar wit dreigt nu met de loper op g7 te slaan.
11...

Zwart wil graag twee verbonden vrijpionnen op de damevleugel.
13.

Wit kan nu de loper afruilen, in plaats van dat de loper met tempoverlies terug moet. Dit was de echte reden dat wit 11. d5 speelde.



Wat anders?
15.



Zwart moet zijn stukken ontwikkelen, en met de koning uit de penning. Rokade gaat niet omdat het paard dan valt.
17.

Dit was de beginstelling waarin Kees de deelnemers achterliet. Maar uiteraard niet zonder enig inzicht te geven in de witte en zwarte plannen. Zwart heeft een paar vrijpionnen op de a- en b-lijn die hij graag wil laten promoveren. Zwart zal dus proberen stukken te ruilen en een beter eindspel in te gaan. Voor wit liggen de kansen in de aanval, zeker omdat de zwarte koning niet echt veilig staat. Wit wil dus niet ruilen en proberen lijnen te openen.
Het witte aanvalsplan vervolgt vaak met de zet

Zwart probeert uiteraard de witte aanvalskansen in te dammen.



Blijkens de uitslagen is het goed te spelen met zowel wit als zwart. Wit won slechts één partijtje meer.
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Gert Legemaat | - | Hora Vlam | 1-1 | wit wint 2x |
2 | Ted Barendse | - | Richard Oranje | 1-1 | zwart wint 2x |
3 | Pieter Buzing | - | Rob Smits | 1-1 | wit wint 2x |
4 | Arno Wiersma | - | Kees Voorberg | 1-1 | zwart wint 2x |
5 | Aedgar Huisman | - | Gerard Bilars | 1-1 | wit wint 2x |
6 | Simon Broos | - | Corniel Nobel | 1-1 | zwart wint 2x |
7 | Adriaan ter Mors | - | Kees Venema | 2-0 | |
8 | Bas Rabeling | - | Roel Visser | ½-1½ | wit wint |
9 | Bram van der Leije | - | Bert Zwemstra | 0-2 | |
10 | Leo Zuijdgeest | - | Jan Torenstra | 2-0 |
Vierde avond 30 juli
Op de vierde avond stond de Marshall-aanval van het spaans centraal. Richard Oranje bracht de variant op het bord, waarin zwart een pion offert, maar daarvoor de nodige aanvalskansen krijgt. Hij liet de verschillende thema's die in de opening voorkomen zien aan de hand van een aantal partijen, onder andere een beruchte partij tussen Kramnik en Leko.
1. e4 e5 2.



De spaanse opening.
3...a6 4.




Nu de pion op e4 gedekt staat moet de aanval van de witte loper op het paard op c6 worden afgeweerd.
7.

Breekt alles open. Het is een pionoffer, omdat na de ruil op d5 te zwarte pion op 35 blijft hangen. Dit is echter niet zonder compensatie.
9. exd5




Het paard moet uiteraard gedekt worden.
12. d4



Dreigt een kleinigheid.
14. g3

Wit heeft een pion voorsprong, maar kampt met ontwikkelingsachterstand en een schrijnend gebrek aan troepen rond de witte koning. Uiteraard wil zwart heirvan gebruik maken. Lange tijd vervolgde wit met 15.



De witspelers kwamen echter met een nieuwe zet: 15.







Het beste antwoord is 15...g5! De pion kan niet worden geslagen, omdat zwart daarna met



De deelnemers aan het toernooi bleken verdeeld over welke kleur het beste spel heeft. Zowel wit als zwart wonnen een aantal partijen.
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Chiel van Oosterom | - | Jan-Peter van Zandwijk | 1-1 | wit wint 2x |
2 | Hora Vlam | - | Tony Goudriaan | 2-0 | |
3 | Richard Oranje | - | Arno Wiersma | 2-0 | |
4 | Rob Smits | - | Henrik Tamerus | 1-1 | wit wint 2x |
5 | Pieter Quist | - | Gerard Bilars | 1½-½ | zwart wint |
6 | Corniel Nobel | - | Adriaan ter Mors | 0-2 | |
7 | Rob Scherpenisse | - | Roick Plomp | 0-2 | |
8 | Bert Zwemstra | - | Leo Zuijdgeest | 1½-½ | zwart wint |
9 | Floor Goudriaan | - | Bram van der Leije | 1-1 | zwart wint 2x |
Vijfde avond 6 augustus
Op de vijfde avond van het zomertoernooi bracht Patrick de Bas een aantal zetten op het bord die door velen als saai worden gezien. Het vierpaardenspel staat niet bekend als een heel spectaculaire opening. Dat blijkt echter niet per definitie waar: Patrick bracht een zeer interessante en spektaculaire variant op het bord: de Halloween-variant.
1.e4 e5 2.




Tot zover het normale vierpaardenspel. Wit gooit er nu echter direct een stuk tegenaan:
4.


Wat anders dan terugslaan?
5.d4
Wit heeft in de opening een stuk geofferd, maar is zeker niet zonder compensatie. Zwart ontbreekt het aan ruimte; wit domineert het centrum, en wit krijgt een behoorlijke ontwikkelingsvoorsprong. In de uitgangsstelling heeft zwart twee mogelijkheden: 5...







In veel varianten kan zwart niet rokeren, wat de witte aanval alleen maar kansrijker maakt. Kortom, de variant leverde een aantal zeer spannende partijen op.
De deelnemers leken gezien de uitslagen wat liever met wit dan met zwart te spelen. De uitslagen waren als volgt:
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Ted Barendse | - | Hora Vlam | 1-1 | zwart wint 2x |
2 | Richard Oranje | - | Marco Anink | 1-1 | wit wint 2x |
3 | Arno Wiersma | - | Simon Broos | 0-2 | |
4 | Gerard Bilars | - | Kees Venema | 1-1 | wit wint 2x |
5 | Bert Zwemstra | - | Adriaan ter Mors | 1-1 | wit wint 2x |
6 | Bas Rabeling | - | Sjoerd van der Gaag | 2-0 | |
7 | Bram van der Leije | - | Leo Zuijdgeest | 0-2 |
Zesde avond 13 augustus
De laatste avond werd door clubkampioen Joram op den Kelder ingeleid. Joram heeft een breed repertoire, en koos daaruit een positionele variant: Joram bracht een variant van de Najdorf op het bord:
1. e4 c5 2.






Veelal wordt hier 7.

7...



Er zijn hier verschillende mogelijkheden. De zetten 9.




10.


Probeert onmiddelijk te profiteren van de ontstane zwaktes in de zwarte stelling.
11...







Zwart kan uiteraard niet nemen omdat er een toren hangt op a7.
15...


Zwart mag het paard op d5 niet slaan vanwege

De ontstane stelling is niet erh scherp in de zin dat er veel combinaties in zitten. De stelling is echter tweesnijdend: wit heeft mogelijkheden op de damevleugel, zwart heeft kansen op de koningsvleugel. Het lijkt wat makkelijker spelen met de witte stukken, maar zwart kan zeer vervaarlijk uithalen over de open f-lijn.
In de praktijk waren de resultaten zeer wisselend. Zowel de wit- als de zwartspelers konden overwinningen noteren.
speler 1 | speler 2 | uitslag | kleur | ||
---|---|---|---|---|---|
1 | Joost Michielsen | - | Chiel van Oosterom | 1½-½ | |
2 | Ted Barendse | - | Jan-Peter van Zandwijk | 2-0 | |
3 | Dolf Beltz | - | Hora Vlam | 2-0 | |
4 | Kees Voorberg | - | Richard Oranje | 1-1 | |
5 | Bob Voogt | - | Arno Wiersma | ½-1½ | |
6 | Rob Smits | - | Gerard Bilars | 1-1 | |
7 | Corniel Nobel | - | Adriaan ter Mors | 2-0 | |
8 | Kees Venema | - | Bert Zwemstra | 1½-½ | |
9 | Leo Zuijdgeest | - | Bram van der Leije | 2-0 |