Na anderhalf jaar pandemieperikelen was het fijn om weer zoveel schakers op de club aan te treffen tijdens de eerste ronde van de interne competitie; fijn, maar ook onwennig.
Menig schaker merkte achter bord dat het weer even wennen was: partijen met meer dan 20 minuten bedenktijd per persoon.
Er werden 24 partijen gespeeld in de interne competitie.
In de A-groep won clubkampioen Gert Legemaat van de sterke debutant Erik Both. Twee andere sterke debutanten wisten wel te winnen. Ana-Maria Pelin won haar eerste partij op de club van Rob Smits en Jacco Heij was net te sterk voor jeugdtalent Dejen Oskam. "Coronakampioen" Jouke van Gosliga mocht achteraf tevreden zijn met een remise tegen aanstormend talent Mees van den Berg.
In de B-groep won Lars Visser de topper tegen Alexander Bruschke. Verder troffen veel oude bekenden elkaar voor het eerst sinds tijden weer eens achter een echt schaakbord.
Veel beginnende schakers maakten hun debuut in de C-groep. Het speeltempo was voor velen lang. Wat moet je in godsnaam met zo veel tijd? Dat wordt ongetwijfeld snel duidelijk naarmate er meer gespeeld en getraind zal worden in de loop van het seizoen.
Ik mocht voor het eerst sinds jaren (mijn database rept van 2004) weer eens aantreden tegen Simon Dirkse. We waren beiden onwennig. Ik speelde soms netjes, soms waardeloos, en liet hem aan het einde nog bijna ontsnappen, maar won toch nog.