Na een kansloze start tegen HO (2-6), herstel tegen DD (5,5-2,5) maar het niet afmaken van een 1-0 voorsprong tegen ratingzwakste Pomar (4-4), betekende de 1,5-6,5 pandoering bij Botwinnik dat de studenten plots moesten vechten tegen degradatie.
Na een solide 5,5-2,5 winstpartij tegen rode lantaarn - maar sterkste op rating - Rijswijk, waarvoor vooral veel dank uitgaat naar invallers JW Weenink en Edgar Huisman, die voor 2 punten zorgden, bleek de tombola van klasse 1A echter zo vreemd te rollen dat er nog mogelijkheden waren op meer.
En wat bleek, met 2x een 6,5-1,5 overwinning in de slotwedstrijden, zou het kampioenschap zelfs nog binnengehaald worden!
Een mooie utopie, maar na de strakke 5,5-2,5 overwinning gisteren op het zeker niet zwakke WSC 3 kunnen we nog akelig dicht komen bij de titel.
Ook ik geloof niet dat we met maar liefst 7-1 van Schaakhuis 2 zullen winnen, maar mochten we lang de nul kunnen houden, wie weet dat zenuwen de Hagenzen plots parten kunnen spelen...
Gisteren was het in ieder geval goed raak.
Het eerste punt dat binnen kwam, was een tactisch meesterlijke greep; Roland werd op bord 3 gezet, alwaar hij wederom met zwart mocht aantreden tegen Robbert Groen, die hij daar vorig jaar nog mee had geveegd. Wanhopig probeerde laatstgenoemde dezelfde opening als destijds te vermijden, offerde een pion in de hoop op compensatie en verwikkelingen, maar na een aantal secure zetten van Roland was het de witte dame die plots van het levenslicht werd afgesneden: 1-0.
Het 2e Delftse punt werd binnengebracht door Marco. Zijn opponent verkoos dezelfde opening als Richard Oranje in zijn bekerwedstrijd, maar verkoos een nogal onhandige voortverzetting, waarna Marco dermate goed kwam te staan dat zwart zich gedwongen zag tot een bijzonder speculatief stukoffer.
Niet veel later viel de 2-0 dan ook.
So far, so good. En dan Willem. Een halfje uit 4, dat was zijn bijdrage tot dusverre, en nadat hij in een remise-achtig eindspel zijn dame en koning door een paard liet vorken werd dat dus 1/2 uit 5. In de slotronde mag echt nergens iets misgaan, dus Willem twijfelt nog tusen een weekendje weg dan of een trainingskamp nu.
Bij Joel waren wederom vertrouwde patronen te zien:
goede stelling, lang denken over hoe af te maken, gewoonlijk gevolgd door grote problemen wegens tijdnood, meestal met slechte afloop.
Zo ver kwam zijn tegenstander echter niet; nog voor enig spoor van tijdnood had Joel hem al met 2 lopers mat gezet, ja dus nog esthetisch ook!
Normaal gesproken denkt men bij een 3-1 voorsprong aan het binnenbrengen van de 2 matchpunten, maar niet deze studenten. Nee, deze begonnen nu te dromen van de titel, en dachten daarbij aan het feit dat bij een 6,5-1,5 vandaag nog eens een 6,5-1,5 nodig zou zijn, en er bij een nipte overwinning met maar liefst 7,5-0,5 gewonnen zou moeten worden. Geen remises dus, op naar 6,5 bordpunt!
Aangezien WSC dat hetzelfde beoogde, inzake de matchpunten, werd het nog een mooie strijd.
Niet bij Olivier. Na een afruil-Frans had wellicht wel een plus aan activiteit, maar de vraag was of dat voldoende was voor een vol punt; het werd dan ook remise.
Hierop volgde Rufael met een halfje. Een fout in het Slavisch werd vakkundig afgestraft en beloond met stukwinst, maar de daaropvolgende zwarte aktiviteit dacht Rufy in te perken met een tussenzetje. Een grove misrekening, want terwijl zwart anders geen enkele compensatie had, had hij die nu zeer zeker wel.
Of zwart genoeg had voor een vol stuk, maar het feit dat alles keepen ook nog veel tijd kostte, zorgde ervoor dat de puntendeling niet geheel onverdiend was.
Mark had na een zwarte Konings-Indier een iets beter eindspel waarin hij iets meer tijd en aktiviteit had. Het was maar een lichte plus, maar wit kon zich niet veel permitteren. En ja hoor, plots was er die fout en Mark had een dubbele aanval op een stuk en een pion. Wit haalde het stuk weg, Mark sloeg de pion, en dat was meteen ook mat. 5-2, de matchpunten waren binnen.
Binnen enkele tellen kreeg Diederik dan ook een remiseaanbod in een toreneindspel, waarin hij iets beter stond maar slechts anderhalve minuut (en zijn opponent 7 minuten). Aangezien we bij verlies met nog groter verschil moeten winnen in de laatste ronde, maar remise of winst op dit bord niet uitmaakt voor de slotpot, pakte Diederik het halfje maar.
Een goed geconcentreerde, mooie overwinning op een prima tegenstander aldus. En de (kleine) kans op promotie zelfs nog. Het feit dat die kans zelfs nu nog in eigen handen ligt, dat is al een prestatie op zich.
En meteen ook een reden om op vrijdag 7 april, na afloop van de centrale slotronde van de eerste klassen, met of zonder kampioenschap in handen, de Leidsche bloemetjes maar weer eens buiten te gaan zetten!
__________________ Van iedereen kan je wat leren; doe dat dus ook.
|