Het HSB-bekerteam van DSC is doorgedrongen tot de halve finales. In de kwart finale werd het bekerteam van WSC na snelschaken verslagen.
In de reguliere partijen leek het lange tijd gelijkop te gaan. Martin Glimmerveen speelde als eerste remise. Bij Willem-Jan van den Broek zag het er wat minder goed uit. Nadat hij de zware stukken had laten ruilen was zijn actieve stelling verdwenen en stond hij een pion achter. Har van Himbergen stond ook niet heel lekker, met een koning op f1 en een toren op h1. Bij Arno Wiersma zag het er wat beter uit; hij had een prettige drukstelling.
In de tijdnoodfase gebeurde er vanalles. Willem-Jan wist zijn stelling remise te houden, maar Arno greep in de tijdnoodfase mis. Het kostte een kwaliteit en daarmee de partij. Op het eerste bord was Har echter de problemen teboven gekomen en won hij het eindspel. Zo was de einstand 2-2 en moest er gevluggerd worden.
DSC kwam bij het vluggeren snel op voorsprong. Arno profiteerde van een mislukte opening bij zijn tegenstander en won soepel. Martin ging even later echter de mist in. Hij had een toren verloren en ging even later mat.
De andere twee borden zagen er eng uit. Har had een paard en dame van zijn tegenstander rond zijn koning cirkelen, en Willem-Jan stond een pion achter in een toreneindspel.
Bij Har kwam eeuwig schaak op het bord, dus kwam alles aan op de partij van Willem-Jan. Zijn tegenstander bracht bekwaam de extra pion naar de overkant, waarna Willem-Jan niet de net op het bord verschenen dame afruilde, maar via een schaakje de toren won. Toen zijn tegenstander even later de dame liet pennen was de verloren stelling van Willem-Jan plots gewonnen. Hij had meer pionnetjes over.
WSC
1970
-
DSC
1999
2-2
1½-2½
1
Frans Vreugdenhil
1925
-
Har van Himbergen (wit)
2056
0-1
½-½
2
Ton Dulk
1966
-
Martin Glimmerveen
2076
½-½
1-0
3
Michiel van Woerden
1963
-
Willem-Jan van den Broek
1954
½-½
0-1
4
Marco Kuyvenhoven
2026
-
Arno Wiersma
1910
1-0
0-1
This post has been edited 1 time(s), it was last edited by Corniel on 29-01-2008 at 10:03.
Nou, ik had niet echt tijdnood. Mijn tegenstander had minder tijd. Maar ik heb gezocht naar een manier om echt voordeel te behalen uit mijn betere stelling, en op het einde was het verschil in tijd dus nog maar klein en werd het vluggeren. In die fase sloeg ik een pion die ik dus niet had mogen slaan, daarop pende hij mijn loper. Naar het schijnt heb ik enkele zetten later gewoon zijn toren kunnen slaan met mijn loper. Niet gezien helaas.
__________________ Doch dyn plicht en lit de lju mar rabje.
Originally posted by Marco
Voorlopig hebben zowel het bekerteam, het derde en het 4e gewonnen van een team van WSC.
Nu het 5e nog!
Nu het vijfde en het zesde nog!
Tot nu toe hebben DSC3, DSC4 en het DSC-bekerteam gewonnen van WSC, en speelde DSC1 gelijk. Hoezo: "ze zullen in het Westland inmiddels wel een beetje genoeg krijgen van DSC" ?
Overigens: DSC7 en DSC8 dolven het onderspit tegen de Westlanders.
__________________ Doch dyn plicht en lit de lju mar rabje.
Graag had ik een diagram getoond maar mij is onbekend hoe dit gefabriceerd kan worden- kan iemand mij dit uitleggen of verwijzen naar uitleg die wellicht elders op dit forum te vinden is? NB: ik beschik níet over Fritz o.i.d. (hopelijk kan het zonder!).
Hoe het ook zij: het was een enerverende avond; hopelijk bemachtigen we na halvefinaleplaats (2006) en finaleplaats (2007) nu ook ons ultieme doel: de beker.
Arno: op bovengenoemde pagina wordt tevens het reglement geciteerd - hierin wordt gesproken over snelschaakpartijen met 5 (en niet 10 zoals in 's-Gravensande!) minuten p.p.p.p.... Wellicht toch even het uitzoeken waard!?
This post has been edited 1 time(s), it was last edited by Upperdog on 31-01-2008 at 17:44.
W.J. van den Broek - M. van Woerden (WSC - DSC, kwartfinale HSB Beker, 28 januari 2008)
Twee zetten eerder had ik a4-a5 gespeeld: ziet er op het eerste gezicht vreemd uit (zet pion op kleur lopers) maar a) is slechts te veroveren ten koste van pion e4 en b) is daarmee geen directe prooi voor de zwarte koning.
Het maken van diagrammen kostte wat tijd maar is uiteindelijk toch gelukt!
Zwart koos voor 35. ... e3 en na 36. Lxe3 Lxe3 37. Kxe3 Ke5 stond het zo:
De remise was nu een feit na 38. Kd3! want na 38. ... Kf4 39. Kc4 haalt wit op tijd een dame. Ook indien zwart op de 37e zet voor Kc5 had gekozen zou wit op tijd zijn (zij het dan met de g-pion!).
Arno: op bovengenoemde pagina wordt tevens het reglement geciteerd - hierin wordt gesproken over snelschaakpartijen met 5 (en niet 10 zoals in 's-Gravensande!) minuten p.p.p.p.... Wellicht toch even het uitzoeken waard!?
Op de site van SHTV wordt het KNSB-bekerreglement geciteerd. Het HSB-reglement luidt:
Artikel 14
Een wedstrijd wordt gewonnen door het team dat de meeste bordpunten behaald. Indien beide teams evenveel bordpunten hebben behaald wordt de uitslag door middel van loting door de wedstrijdleider bepaald. Indien beide teams er de voorkeur aan geven om bij een gelijke stand de wedstrijd te beslissen met een snelschaakpartij aan alle vier de borden van 10 minuten per persoon is dat toegestaan. Een afspraak voor deze wijze van beslissen dient voor de wedstrijd te zijn gemaakt en bij de spelers bekend te zijn.