DSC4 vliegt uit de startblokken
Het vierde team is goed begonnen met een (licht geflatteerde) 7-1 overwinning tegen DD3.
Het ratingverschil was alles bij elkaar opgeteld 10 punten in ons voordeel; de uitslag deed anders vermoeden. We hadden wat mazzel, maar de winst is eigenlijk nooit echt in gevaar geweest.
Henrik Tamerus speelde snel remise. Hij had wat nare ervaringen met doorspelen in een marginaal betere stelling in deze opening en besloot dus deze keer geen ijzer met handen te breken.
Jan-Pieter de Vries zorgde voor het eerste punt. Na een rustige opening (!!!!) won hij een pion en wat later een stuk. Soms lijkt schaken zo simpel.
Twee minuten later zorgde Evert van den Hoove voor 2½-½. Hij overspeelde zwart in een Siciliaan, met een offer hier en een offer daar. Ik heb hem zelden zo gelukkig gezien.
Hans Stam aan bord 1 speelde een rustige remise. Dat was 3-1.
Toen was het even stil. Jaap Flohil stond minimaal beter, Kees van der Meer had een kwaliteitsoffer over zich heen gekregen en moest nauwkeurig spelen, Pieter Goossens stond iets minder en Arno Wiersma was in het middenspel een pion kwijtgeraakt.
Kees had kunnen verliezen maar zorgde toch voor het vierde punt. Pieter bood toen remise aan, wat uiteraard geweigerd werd en Arno was twee pionnen achter gekomen in een eindspel met allebei dame en paard.
Arno had twee en tegenstander vier pionnen. Na het missen van een aantal winstvoortzettingen gaf Arno’s tegenstander pardoes een dame weg: punt 5.
Pieter kwam steeds beter te staan wikkelde af naar een eindspel loper tegen paard met een pion meer, waarin zijn tegenstander het snel voor gezien hield: punt 6.
Jaap had met sudderen, pappen en nat houden en subtiel manoeuvreren een toren/paard (allebei) met twee pionnen meer op het bord gekregen. Het duurde lang maar de winst kwam niet in gevaar: punt 7
Alles bij elkaar geflatteerd maar de winst is eigenlijk nooit in gevaar geweest. Het gaat een mooi seizoen worden!
| DD 3 | 1930 | - | DSC4 | 1940 | 1-7 | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 1 | H. Happel | 2057 | - | Hans Stam | 2061 | ½-½ |
| 2 | P. Smeele | 2021 | - | Jaap Flohil | 2016 | 0 - 1 |
| 3 | D. Kolodkin | 1865 | - | Jan-Pieter de Vries | 1970 | 0 - 1 |
| 4 | T. van Orsouw | 1912 | - | Kees van der Meer | 1938 | 0 - 1 |
| 5 | R. Henn | 1890 | - | Evert van den Hooven | 1881 | 0 - 1 |
| 6 | E. de Waard | 1905 | - | Pieter Goossens | 1876 | 0 - 1 |
| 7 | W. Vink | 1884 | - | Henrik Tamerus | 1826 | ½-½ |
| 8 | E. Koreman | 1908 | - | Arno Wiersma | 1948 | 0 - 1 |
