DSC3 begint het seizoen goed
DSC3 is begonnen met een 3½-4½ overwinning tegen het op papier sterkere ASC in Alphen aan de Rijn.
Het zag er lange tijd redelijk tot goed uit, tot Kees Voorberg ineens verloor en Ivar een stuk tegen 2 pionnen kwijt raakte. Gelukkig wist Ivar in het eindspel met een stuk minder aan beide kanten van het bord een vrije randpion te creëren en de overwinning alsnog binnen te slepen. Een lekker begin van het seizoen, zeker aangezien we op papier tegen de 3 sterkste tegenstanders starten.
Hieronder de ervaringen van de spelers zelf:
Bord 1 (Ciprian, wit):
With White, I was facing the Chigorin, an opening I almost never have to play. Sacrificing a pawn, I took over the initiative and put my opponent under pressure. He reacted well and found some ideas of counter-play. But in doing so, his pieces became uncoordinated. I converted the space advantage into a direct mating attack and in the difficult position emerging Black made some inaccuracy. That was enough to tear open his King position in 5 short moves. 1-0
Bord 2 (Onno, zwart):
Op bord 2 speelde ik tegen Dennis Helvesteijn. Beide spelers deden het rustig aan en echt vuurwerk bleef uit. Dennis had in het begin wat meer initiatief, maar dat werd door mij overgenomen. Uiteindelijk had ik meer risico mogen nemen (bleek achteraf in de thuisanalyse). Maar goed, we deelden het punt en het halfje was nodig...
Bord 3 (Jan-Pieter Vos, wit):
Ik wilde een actief plan spelen in de opening, maar op het moment suprême kwam ik erachter dat dat geen goed plan was. Dit leidde tot passief spel. Objectief gezien had ik toen al moeten keepen, maar ik probeerde actief te worden. Helaas kwam dit als een boomerang terug en na 18 zetjes en 2,5 uur spelen had ik al een 0 te pakken.
Bord 5 (Kees van der Meer, wit)
Ik mocht tegen Eric Fraikin, een speler uit Den Haag die ik van naam kende maar waar ik nooit tegen gespeeld had. Hij had in de jaren '90 een rating van tegen 2100.
Ik kreeg een opening tegen me die ik in al die jaren dat ik schaak nog nooit in een serieuze partij tegen me heb gehad.
Ik reageerde erop in het centrum, en zag kans de vijandelijk pionnenstelling te versplinteren. Ik kon echter geen winstplan vinden en mede omdat wij thuis met een ziek kleinkind zaten (en met de verjaardag die wij gisteren vierden - een huis vol visite - in het vooruitzicht) bood ik remise aan.
Dat werd geaccepteerd. Ik ben meteen naar huis gegaan. Dat was maar goed ook.
Fritz zegt op zijn eigen manier dat we goed gespeeld hebben, de waardering is steeds nul komma een beetje.
Bord 6 (Kees Voorberg, zwart):
Ik kwam met zwart goed uit de opening, maar blunderde toen mijn
belangrijkste pion weg. Als wit meteen een pion had teruggegeven had hij heel goed gestaan. Maar hij probeerde zijn pluspion te houden en toen had ik een kansrijk kwaliteitsoffer, dat in ieder geval goed was voor remise en misschien voor meer. Gezien de stand van de wedstrijd ging ik voor meer, en dat was ook gezien de stelling terecht. Maar in tijdnood miste ik een waarschijnlijk winnende voortzetting en verloor alsnog.
Bord 7 (Henrik, wit):
Na een normale eerste 6 a 7 zetten komt er wat gemanoeuvreer van beide kanten, waardoor de vlam ineens in de pan dreigt te slaan. Mijn tegenstander koos er uiteindelijk toch maar voor dit te vermijden, waarna er een relatief rustig en gelijke stelling overblijft met beiden 2 torens, 2 lopers en een paard. Met waarschijnlijk een licht voordeel voor mij wegens achtergebleven d-pion van hem. Deze wil hij te snel oplossen, waardoor ik beter kom te staan, hij besluit de knuppel in het hoenderhok te gooien en offert een pion voor aanval. Deze accepteerde ik, aangezien ik qua tussenstand waarschijnlijk moest winnen en hij ook nog weinig tijd had (10 tegen 40 min). Deze aanval speelde hij niet helemaal nauwkeurig, mede door zijn weinige tijd, en uiteindelijk kom ik eruit met 2 pionnen meer en win ook nog een derde waarna het eindspel niet moeilijk meer was.
Bord 8 (Ivar, zwart):
Na een ietwat passieve opening van beide kanten kom ik langzaamaan steeds beter te staan tot ik in het middenspel gewoon een stevige plus heb.
Terwijl de tijd wat begint te dringen maak ik de vergissing om voor een koningsaanval te gaan, waar wel perspectief in zit, maar vooral als de tegenstander mee werkt. Het helpt niet voor de positie. Hier laat ik ook een stuk insluiten bij een onoplettendheid. Uiteindelijk omdat mijn tegenstander verkeerd afwikkelt (ruilt dames te vroeg) houd ik ondanks het stuk achter een interessant remise-eindspel over. Door ditmaal wat te gretig spel van mijn tegenstander win ik dit eindspel nog.
ASC | 2045 | - | DSC3 | 1999 | 3½ - 4½ | |
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Dinard van der Laan | 2241 | - | Ciprian Padurariu | 2161 | 0-1 |
2 | Dennis Helvensteijn | 2212 | - | Onno Verbaken | 2085 | ½-½ |
3 | Clement van de Laar | 2027 | - | Jan-Pieter Vos | 2056 | 1-0 |
4 | Norbert Jansen | 2078 | - | Roland ten Have | 2019 | ½-½ |
5 | Eric Fraikin | 2013 | - | Kees van der Meer | 1966 | ½-½ |
6 | Wouter Dambrink | 2010 | - | Kees Voorberg | 1956 | 1-0 |
7 | Alexander van der Kuijl | 1882 | - | Henrik Tamerus | 1861 | 0-1 |
8 | Rudolf Kat | 1899 | - | Ivar de Hoogt | 1890 | 0-1 |